Zondag 1 september: General Motors, China en de Amerikaanse president (Part 2)
Begin december 2018 schreef ik een stukje over de onvrede van president Donald Trump met betrekking tot het beleid van General Motors (https://www.detroithetboek.nl/zondag-2-december-2018-general-motors-trump-en-een-ongemakkelijke-economische-realiteit/). Afgelopen vrijdag gebruikte Trump zijn favoriete communicatiemiddel voor een nieuwe aanval op de autoproducent uit de Motor City.
Yup, ‘one of the smallest auto manufacturers there’. En dat is – surprise, surprise – niet waar. Zo verkocht GM in 2018 2,9 miljoen auto’s in de VS. Ford (2,4 miljoen) en FiatChrysler (1,7 miljoen) konden daar niet aan tippen. En ook wat betreft aantal werknemers was GM met een personeelsbestand van 100.000 vorig jaar de grootste Amerikaanse autoproducent (Ford: 85.000 en Fiat Chrysler: 62.000). Waarschijnlijk was een bericht waarin melding werd gemaakt van het feit dat GM minder vakbondsleden telde dan Ford en Fiat Chrysler aanleiding voor de opmerking van Trump.
Ook op de beschuldiging dat GM fabrieken heeft overgeheveld naar China was wel het een en ander af te dingen. Ja, General Motors produceert auto’s in China, maar het is vrij gebruikelijk voor ondernemingen om productiefaciliteiten te openen op plekken waar de klanten zitten. China is een van de belangrijkste afzetmarkten voor GM. En daar vertrekken – wat de president Amerikaanse bedrijven eerder ook alin een tweet opdroeg – is wellicht niet de meest logische optie. Zo vond ook de hoofdredacteur van de Global Times, een Chinese krant die vaak het standpunt van de overheid verkondigt.
Meer lezen?